1 Hilarius van Poitiers (ca 315-367)
1.1 Literatuur.
- Paul Galtier, Saint Hilaire de Poitiers, le premier docteur de l'Eglise latine, Paris, Beauchesne, 1960.
- C.F.A. Borchardt, Hilary of Poitiers' Role in the Arian Struggle, Den Haag, Nijhoff, 1966.
1.2 Inleiding.
Hilarius wordt ook de "Athanasius van het Westen"[1] genoemd. Hij was een van de weinige theologen in de vierde eeuw die de theologie van het Oosten evengoed als die van het Westen kende en die ze tot een synthese probeerde te brengen.
1.3 Zijn leven.
Wij hebben enkel redelijk zekere gegevens over de laatste 12 jaar van zijn leven.
|
310-320
|
- geboren in Poitiers (Limonum of Pictavi) in Aquitanië (nb. ook andere jaartallen).
- Zijn ouders waren waarschijnlijk heidenen van hoge afkomst. Hij genoot een goede school, waarschijnlijk in Bordeaux. Of hij daar al echt goed Grieks leerde is niet waarschijnlijk. Waarschijnlijk verwierf hij er wel een basiskennis. Hij was gehuwd. Of hij vóór of na zijn bekering huwde is onbekend.
|
345
|
- Hij werd rond deze tijd gedoopt. In De Trin. I,1-14 beschrijft hij (niet chronologisch maar logisch) de weg die hem gevoerd heeft naar het geloof en het doopsel. Kennelijk had hij eerst de Bijbel ontdekt die hem naar de Kerk voerde. Twee teksten hebben kennelijk groot belang voor hem: de openbaring van de naam van God "Ik ben die is" (Ex. 31,4) (De Trin. I,5) en het begin van het Johannes-evangelie (1,1-14). (De Trin. I,10-12)
|
350
|
- Hij was waarschijnlijk een leek tot aan zijn uitverkiezing tot bisschop rond 350-353. Het moet in elk geval enkele jaren vóór 355 zijn. Mogelijk was hij de eerste bisschop van Poitiers.
- Hij maakte een diepgaande studie van de H. Schrift, bv. zijn Commentarius in Matthaei Evangelium. Omdat hierin geen sprake is van Arianen denken sommigen dat het voor de strijd met de Arianen geschreven werd. Het kan echter ook geschreven zijn "quasi Arianos non cognovisset" vgl. II,6 en XVI,6.
|
..353
|
- Provinciale synode van Arles:
- Hier werd gestemd over de afzetting van Athanasius. Enkel Paulinus van Trier verzet zich daartegen en wordt afgezet en verbannen. Het is niet geweten of Hilarius daar is geweest. Uit zijn latere werken blijkt dat Hilarius in ieder geval op dat ogenblik onwetend was over de kern van de zaak waarover het ging in het conflict met Athanasius. De geschiedenis blijft hier duister. Paus Liberius is geschokt omdat zijn gezanten toegaven aan keizer Constantius.
|
355
|
- concilie te Milaan:
- Met name bisschoppen uit het Westen. Het concilie kwam er op vraag van paus Liberius die daartoe Lucifer van Cagliari en Eusebius van Vercelli naar de keizer gezonden had. Hier beriep de orthodoxe partij zich voor de eerst keer op het Niceanum. De bisschoppen worden opgeroepen een veroordeling van Athanasius te ondertekenen. Dionysius van Milaan, Eusebius van Vercelli en Lucifer van Cagliari weigeren en worden verbannen. Er is geen sprake van Hilarius. Na dit concilie zond de keizer brieven naar alle bisschoppen in het Westen om de handtekeningen van de afwezige bisschoppen te vragen.
- Hier wordt de tweede Sirmische formule opgesteld: verwerpen van homoousios en homoiousios als zijnde onbijbels... zij ordenen de Zoon gewoon onder aan de Vader (anhomoianen).
- Op dat ogenblik (buiten het concilie) waren de orthodoxe krachten in Gallië verenigd rond Hilarius. Hilarius heeft intussen betere informatie over wat er gebeurd is. Hij verzet zich tegen de Arianen Saturninus van Arles, Ursacius van Singidunum (Belgrado) en Valens van Mursa (Essek).
- verzet ertegen van Hilarius.
|
356
|
- begin van jaar: synode van Béziers (Biterrae), samengeroepen door Saturninus (aartsbisschop) van Arles om zichzelf te rechtvaardigen. weinig gegevens hierover. Hilarius wordt gedwongen om aanwezig te zijn. Hij wordt verbannen, evenals Rhodanius van Toulouse. Hilarius begreep dat de veroordeling van Athanasius eigenlijk niets anders was dan de veroordeling van het Niceanum. Hilarius getuigt dat hij pas aan de vooravond van zijn verbanning voor de eerste keer hoort spreken over de geloofsbelijdenis van Nicea. (Lib. de Synodis, h. 11; PL10,545)
- Rond september komt Hilarius in zijn verbanningsoord aan.[2] Hij ging waarschijnlijk naar Frygië.[3] Voor zover bekend werd er geen andere bisschop in Poitiers benoemd. De reden van de verbanning is niet direct duidelijk, noch bij Hiëronymus, noch bij Rufinus, noch bij Sozomenus. Pas Sulpicius Severus geeft als reden aan dat hij Athanasius niet wilde veroordelen. Zeker is het dat Hilarius vanaf zijn ballingschap pal achter Athanasius staat. Vóór zijn vertrek schrijft hij Adversus Valentem et Ursacium.
- In het Oosten schrijft hij zijn De Trinitate en Liber de Synodis. De originele titel schijnt De fide (adversus Arianos) te zijn. Hilarius heeft hier voldoende tijd om te studeren. Hij leert de Oosterse theologie en de problematiek van het arianisme zeer goed kennen.
|
359
|
- beruchte dubbelsynode van Rimini (juli-augustus) en Seleucia (begint 27 september). Ter voorbereiding had een groep in Sirmium in 359 de zogenaamde 4de Sirmische formule opgesteld (22 mei). Men noemt deze ook de gedateerde geloofsbelijdenis.[4] Het is een homoiaanse geloofsbelijdenis.
- Synode van Rimini (juli-augustus). Hilarius was hier niet aanwezig. De bisschoppen verwerpen de voorgestelde geloofsbelijdenis en bevestigen hun geloof in Nicea. De delegatie van Rimini kon echter niet weerstaan aan de taktiek van de keizer maar ondertekende op 10 oktober 359 in Nicé (Tracië) een gereviseerde versie van het gedateerde credo: De Zoon is gelijk aan de Vader (beter: de Zoon lijkt op de Vader), maar niet in alle dingen.
- Synode van Seleucia (begin 27 sept). Hilarius was de enige aanwezige bisschop uit westen. Let wel de delegatie van Rimini heeft nog niet getekend) Hij probeert de bisschoppen duidelijk te maken dat het Westen katholiek was en niet sabelliaans (vader en zoon zijn één). Hij ziet dat veel discussies veel meer over verbale verschillen gaan dan over verschillende opvattingen. Het concilie brengt geen oplossing. Zowel Rimini als Seleucië hielden een homoiaanse leer. Dit wil zeggen het woord substantie (ousia) moet vermeden worden, want Vader en Zoon zijn niet gelijk (anhoimoioi) in substantie. Vader en Zoon zijn gelijk (homoios). Hilarius is aanwezig en verzet zich tegen deze leer. Ook paus Liberius (352-66) weigert de beslissingen van deze synode te erkennen. De synodes van Rimini en Seleucia sturen een gezantschap naar Constantinopel naar Constans, waarvan Hilarius deel uitmaakt. Hilarius probeert een onderhoud met de (homoiaanse) keizer te krijgen om hem het ware geloof uiteen te zetten. Hij krijgt echter geen toegang. Dit is eind 359 en begin 360.
|
360
|
- begin van jaar: in Constantinopel. Hier is een synode gedomineerd door homoianen. Men verbiedt het gebruik van de termen wezen (οὐσια) en persoon (ὑποστασις). Het is naar aanleiding hiervan de Hiëronymus zijn beroemde zin sprak: "Ingemuit totus orbis et Arianum se esse miratus est", "De hele aarde ontwaakte en ontdekte dat zij Ariaans geworden was" (Dial. adv. Luciferianos 10 (PL 23, 172c))
- in loop van jaar: terug in Gallië. De reden waarom hij mocht terugkeren is onbekend men suggereert dat zijn semi-ariaanse tegenstanders bang waren voor de onrust die hij in het oosten zaaide.
|
eind 360
of
begin 361
|
- een synode te Parijs.[5] Het is niet zeker of Hilarius hieraan deelnam. Hier trekken de Gallische bisschoppen hun steun die zij aan het concilie van Rimini gegeven hadden in 359 terug en hernieuwen hun geloof in Nicea. Saturninus van Arles, hoofd van de arianen in Gallië, werd geëxcommuniceerd. Dit is het einde van het Arianisme in Gallië! Let wel: het Westen is eigenlijk nauwelijks ariaans geweest.
|
362
|
|
364
of
begin 365
|
- Eusebius van Vercelli en Hilarius gaan naar Milaan waar Auxentius (homoiaan) onrechtmatig de zetel bezette. De vorige bisschop Dionysius was 355 op concilie van Milaan afgezet. Auxentius bleef ondanks afzetting op de synode van Parijs. Auxentius werd gedwongen ware geloofsbelijdenis te ondertekenen.
|
367
|
- Hij stierf op 1 november 367 (mogelijk op 13 jan. 368)
- Zijn feestdag is 13 januari.
|
1851
|
- Pius IX roept hem uit tot de eerste kerkleraar van het westen.
|
1.4 Zijn werken.
Hilarius heeft behalve zijn grote dogmatische werken ook diverse exegetische werken geschreven.
- Commentarium in Mattheum voor ballingschap
- Ad Constantium Augustum liber I = waarschijnlijk een brief van concilie van Sardica aan Constantius met wat commentaar van Hilarius en een beschrijving van conc. van Milaan (355). Het was waarschijnlijk oorspronkelijk een deel van Liber adversus Valentem et Ursacium (vermeld bij Hiëronymus).
- De Trinitate (De fide) tijdens ballingschap
- De synodis (door velen beschouwd als 13de boek van de Trinitate) na 24 augustus 358 (aardbeving in Nicomedia)
- vermoedelijk Adversus Valentem et Ursacium (= Coll. ant. Par. Ser.) tijdens verblijf in Constantinopel 360. "Ad Constantium liber primus" is vermoedelijk een onderdeel van dit werk
- Ad Constantium liber secundus... begin 360
- Contra Constantium Imperatorem...
- Ad praefectum Sallustium sive contra Dioscorum (361-2), boek is verloren, maar bekend via Hiëronymus, De viris ill. c. 100 PL23,739A; Ep. 70,5.
- Tractatus in Psalmis; in laatste jaren
- overige werken
1.5 Voetnoten
- ↑ K. Hase, Kirchengeschichte, Leipzig, 1836, 137.
- ↑ immers op het Concilie van Seleucia 359 was hij reeds in zijn 4de jaar van ballingschap Sulp. Sev., Chron. II,42,2.
- ↑ Hilarius zegt dat hij Niceanum niet kende vooraleer hij in ballingschap ging. "Fidem Nicaenam numquam nisi exsulaturus audivi", 91 (PL X,545A)
- ↑ Dit omdat er zoveel verwijzingen naar data inzitten. Zij is opgesteld door Marcus van Arethusa.
- ↑ Hilarius bracht een brief uit Oosten mee van de bisschoppen (homoousianen) [Borchardt 178]. In de hun brief (encycliek) schrijven de westerse bisschoppen dat zij God danken dat zij niet dwalen. Zij hadden uit de brief van Hilarius geleerd hoe hun gezanten in Nicé misleid waren en wat in het oosten gebeurd was. Zij aanvaarden het "homoousios", maar verwerpen sabellianisme dat de Vader en de Zoon één eenheid vormen.
- Veroordeling van Auxentius, Ursacius, Valens, Gaius, Megasius, Justinus en Saturninus (2e maal).
- ↑ Volgens Socrates, H.E. III,10 (PG 67,405B); Rufinus H.E. X,32 (GCS 9,2 p. 994) verdreven Hilarius en Eusebius de laatste wolken van Arianisme in Gallië.
|
|