Hand. 13,13-15

Uit Theowiki
Versie door Pastoor (overleg | bijdragen) op 3 feb 2023 om 14:30 (1 versie geïmporteerd)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Missie en verwerping in Antiochië in Pisidië. (13,13-52)

Het tweede arbeidsveld van Paulus was Kl.-Azië. Dit gebied stond onder gezag van Rome. In het totaal, vermeldt Strabo, werden er 19 talen of dialecten gesproken. Grieks was de taal van het westelijk gebied, maar gold overal als de officiële en beschaafde omgangstaal.
Rome had Klein-Azië ingedeeld in 7 provincies:

  • 1. Azië (Mysië, Lydië, Carië en een deel van Frygië).
  • 2. Bithynië (met een deel van Pontus)
  • 3. Galatië (Pontus Galaticus, het eigenlijke Galatië, deel van Frygië, Lycanonië, Isaurië en Pisidië)
  • 4. Pontus (verdeeld in Pontus Polemiacus, en Pontus Cappadocius)
  • 5. Cappadocië (rijk van Antiochus IV, Commagene, het eigenlijke Cappadocië, Armenia minor)
  • 6. Cilicië
  • 7. Lycië en Pamfylië.

De vier steden die Paulus bezocht bij de eerste verkondiging: Antiochië, Iconium, Lystra en Derbe lagen in het zuiden van de provincie Galatië. Zij stonden sterk onder Griekse invloed, met hoge graad van welvaart en beschaving. De Joden waren er vrij talrijk, zoals trouwens in de meeste Kl.-Aziatische steden.

Mise-en-scène en preek. (Hand. 13,13-15)

13,13 Het gezelschap van Paulus voer nu weg uit Pafos en begaf zich naar Perge in Pamfylië; daar scheidde Johannes zich van hen af en keerde naar Jeruzalem terug.
14 Van Perge reisden ze verder en bereikten Antiochië in Pisidië, waar zij op de sabbat de synagoge binnengingen en plaats namen.
15 Na de voorlezing van de Wet en de Profeten lieten de oversten van de synagoge hun zeggen: 'Mannen, broeders, indien ge een opwekkend woord tot het volk te zeggen hebt, spreekt dan.'
(Hand. 13,13-15)

13,13 "Het gezelschap van Paulus" Letterlijk: "de mensen rond Paulus". Vanaf de gebeurtenis in Pafos is Paulus de leider. In het vervolg zal hij ook voor Barnabas genoemd worden. (13,43.46.50; 15,2 enz.) behalve in 14,14; 15,12.25 waar hij om een bijzondere reden voorrang aan Barnabas geeft.
"Perge" een oude, belangrijke stad aan de Cestrus op ongeveer 12 km. van de zee en via deze rivier vanuit zee bereikbaar. De kuststad Attalia die zij voorbijvoeren wordt hier niet genoemd, maar wel bij de terugreis (14,25). In die tijd was Perge nog de hoofdstad van Pamfylië, later werd zij overvleugeld door Attalia.
"daar scheidde Johannes zich van hen af en keerde terug naar Jeruzalem" over de reden van het vertrek van Johannes Marcus is al veel inkt gevloeid. De tekst levert ons niets op was hij ongerust omwille van de berichten over de hongersnood in Israël, of schrok hij terug voor de reis naar Antiochië (160 km) door moeilijk en door rovers geteisterd bergland. In elk geval was zijn gedrag laakbaar, want Paulus acht hem later niet meer geschikt als zijn helper (15,37v).
13,14 "Antiochië in Pisidië" Omdat de apostelen zonder oponthoud direct naar de synagoge gingen, blijken zij hoge verwachtingen te hebben over de mogelijkheden van de missie hier. Zij gingen daar naar de synagoge. Dit was voor Paulus altijd zijn eerste stopplaats in een nieuw stad (9,20; 14,1; [16,13[; 17,1-2.10.17; 18,4.19; 19,8).
13,15 Het volgende toneel heeft veel overeenkomst met het optreden van Jezus in de synagoge (Lk. 4,17). Hoofdzaak bij een bijeenkomst in de synagoge was de voorlezing van een fragment van de wet (parascha) en uit de Profeten (haphtara). Hier ongetwijfeld in het Grieks (LXX). De bedoeling was niet dat hij de Schrift uitlegde zoals men van Jezus in Nazaret verwachtte.
"opwekkend woord" Hij werd gevraagd een opwekkend woord te spreken, een gebruik na de lezing in de synagoge (vgl. Hebr. 13,22). Vermoedelijk hadden zij wel gehoord dat Paulus een ontwikkeld man was, een leerling van de beroemde rabbijnenschool van Jeruzalem en leerling van Gamaliël.
13,16-25 Hier geeft Paulus een overzicht van de geschiedenis van Israël. (verwijs naar annex 4) De rede is geen stenografisch verslag, maar door Lukas geconstrueerd, allicht naar informatie over deze gebeurtenis. De rede is te verdelen in drie delen:
  • een samenvatting van de geschiedenis van Israël (16-25).
  • Jezus is de Messias, die wordt aangetoond vanuit de profetieën (26-37).
  • conclusie: God schenkt vergeving van zonden door het geloof in Jezus (38-41).