|
Op weg naar Europa. (Hand. 16,1-10)
De besnijdenis van Timoteüs. (Hand. 16,1-5)
|
16,1 Vervolgens bezocht hij Derbe en Lystra. Er was daar een leerling, Timoteüs genaamd, de zoon van een gelovig geworden joodse vrouw, maar van een Griekse vader.
2 Omdat hij een goede naam had bij de broeders van Lystra en Ikonium,
3 wenste Paulus hem als reisgezel. Omwille van de Joden die in die streek woonden, liet hij hem besnijden, want iedereen wist dat zijn vader een Griek was.
4 In de steden waar zij doorkwamen, kondigden zij voor de gelovigen de besluiten af, die genomen waren door de apostelen en oudsten in Jeruzalem.
5 Zo werden de gemeenten versterkt in het geloof en ze namen met de dag in omvang toe.
(Hand. 16,01-05)
|
| 16,1
|
"Derbe en Lystra"
|
De weg daarheen leidde hem noodgedwongen via Tarsus en de Cilicische poort doorheen het Taurus-gebergte. In Lystra ontmoet hij Timoteüs.
|
| 16,1-3
|
"Timoteüs"
|
Paulus kreeg een goed getuigenis over hem van de Christenen van Lystra en Ikonium. Daarom wenste hij hem als metgezel. Blijkbaar hadden beide kerken die op 40 km. afstand van mekaar lagen regelmatig onderling contact, zodat Timoteüs in beide plaatsen bekend was. Timoteüs moet nog jong zijn geweest, vermoedelijk nog geen twintig. Want ongeveer 15 jaar later schrijft Paulus (1 Tim. 4,12): "Niemand mag uw jeugd minachten". Hij was een grote hulp voor Paulus. Hij had banden met heidenen en Joden door afkomst. Hij gold in de ogen van de rabbijnen als een Jood. Hij was niet besneden en dat was tegen de opvatting van de Joden. De Griekse tekst duidt erop dat Paulus zelf de besnijdenis deed. Deze ingreep voor een volwassen man is zeer pijnlijk.
Als hij niet besneden was geweest dan kon hij niet met Paulus de synagogen binnengaan en dan zou hij niet zoveel hulp van hem gehad kunnen hebben, immers hun zending begon in een nieuwe plaats meestal in de synagoge. Timoteüs werd niet besneden omdat Paulus dacht dat daar zijn eeuwig heil van afhing, maar uit praktische overwegingen. In het geval van Titus, dat in een andere context plaats had verzette hij zich tegen de besnijdenis omdat toegeven daar de indruk gewekt zou hebben dat de besnijdenis nodig is om gered te worden. (Gal. 2,3).
|
| 16,4
|
"steden waar zij doorkwamen"
|
zijn de vier steden waar hij op zijn eerste missiereis gepredikt had. Daar werden de besluiten van het apostolisch schrijven uit Jeruzalem afgekondigd.
16,5Samenvatting van het resultaat van de prediking.
|
|
